Succesvolle inrichting van zorgcoördinatie in acute zorg

Vijf geleerde lessen uit regionale zorgcoördinatietrajecten


De acute zorg staat onder grote druk, vooral door schaarste aan gespecialiseerd personeel. Om kwalitatief goede en veilige spoedzorg te blijven leveren voor iedereen die dat nodig heeft, is verandering onvermijdelijk. Eén van die veranderingen is zorgcoördinatie: regionaal samenwerken rondom de acute zorgvraag van inwoners voor een goede triage en zorgbemiddeling die in één keer leidt tot de juiste zorg op de juiste plek. Huisartsen(posten), ambulancedienst, SEH, GGZ, wijkverpleging en verpleeghuiszorg (tijdelijk verblijf) organiseren samen zorgcoördinatie. Landelijk wordt de implementatie van zorgcoördinatie ondersteund vanuit de IZA middelen. Het ministerie van VWS heeft in juni 2025 in een Kamerbrief aangegeven dat zorgcoördinatie landelijk geïmplementeerd moet zijn in 2028.

q-zorg-cultuurfoto-s-782-def-1-1
Online inspiratiesessie

Efficiënte zorgcoördinatie voor volwassenen- en ouderenzorg

4 december 2025

Klik hier en meld je nu aan!

Wij begeleidden de afgelopen jaren meerdere regio’s bij het opzetten en doorontwikkelen van deze zorgcoördinatievoorzieningen. Met veel afstemming tussen de betrokken partijen lukte het om zorgcoördinatie op ROAZ-niveau in te richten en ruimte te houden voor subregionale organisatie van onderdelen. In deze trajecten werkten we aan de organisatie van verschillende randvoorwaarden. Hierbij kwamen wij steeds dezelfde vijf vragen tegen. Deze vragen en onze inzichten over hoe hiermee om te gaan komen aan bod in deze blog.


Scope: wat wordt er gecoördineerd? 

Een van de eerste vragen bij het organiseren van zorgcoördinatie is: welke zorg wordt er gecoördineerd? Gaat het om alle acute zorg of alleen complexe of tijdrovende acute zorg? Is brede zorgcoördinatie samen met de GGZ logisch? Geldt dat ook voor coördinatie samen met het sociaal domein? Naast acute zorg maken ook andere vormen van zorg, zoals onplanbare wijkverpleging, verkeerde bedproblematiek in ziekenhuizen en palliatieve zorg. onderdeel uit van de zorgcoördinatie.  


Een te brede scope leidt mogelijk tot onduidelijkheid over de functie van zorgcoördinatie en voegt veel complexiteit toe. Een te smalle scope sluit belangrijke schakels uit en verkleint daardoor de effectiviteit van zorgcoördinatie. Onze tip: begin met een duidelijke, afgebakende scope (zoals ook wordt gehanteerd door VWS en zorgverzekeraars bij beoordeling van de transformatieaanvragen zorgcoördinatie) en breidt de scope daarna gefaseerd uit op basis van leerervaringen. 

Geloof en commitment: gaan we er met elkaar voor? 

Zorgcoördinatie gaat in eerste instantie over brede triage van de (complexe of tijdrovende) acute zorgvraag voor inwoners en over zorgbemiddeling (het coördineren van zorginzet). Samenwerking tussen ketenpartners en gedeeld leiderschap. Zo wordt de zorgvraag in één keer op de goede plaats belegd. Zorgcoördinatie vraagt daarmee om een brede samenwerking van de ketenpartners in de acute zorgketen. Op inhoud, proces en organisatie. Het vraagt om vertrouwen in elkaar en verder kijken dan de eigen grenzen van de organisatie en eigen taken. Geloof en gezamenlijk commitment in het AB-ROAZ zijn essentieel. Dan is er nog een duidelijk proces en zorgvuldige afstemming met direct betrokken ketenpartners nodig om daadwerkelijk stappen te zetten. 

 

Governance: hoe gaan we onze samenwerking organiseren? 

Binnen zorgcoördinatie wordt zorg verleend. De organisatievorm en governance doen ertoe. Verantwoordelijkheid, taken en bevoegdheden moeten duidelijk zijn bij aanvang. De juridische positie ook. Een heldere besluitvormingsstructuur is nodig voor de medewerkers in de zorgcoördinatievoorziening. Maar ook voor de regionale ketenpartners die meewerken binnen de zorgcoördinatie. 

autoriteiten-foto-s-493-sf-v2
q-zorg-cultuurfoto-11-03-24-681-def-80

Infrastructuur en informatievoorziening: hoe deel je data slim en veilig? 

Een robuuste, digitale infrastructuur en betrouwbare informatievoorziening vormen de ruggengraat van effectieve zorgcoördinatie. Hierin zijn het veilig en efficiënt uitwisselen van patiëntgegevens en het verkrijgen van real-time inzicht in beschikbare capaciteit cruciaal. Er lopen landelijke initiatieven die gegevensuitwisseling moeten gaan vergemakkelijken en verbeteren. Het is het van belang om in de tussentijd bestaande (regionale) oplossingen optimaal te benutten en een eerste eenvoudige vorm van gegevensuitwisseling te realiseren. Tegelijkertijd dient afstemming met en aansluiting op landelijke trajecten te worden geborgd. Dit om fragmentatie en het ontstaan van niet-duurzame, lokale oplossingen te voorkomen. De gezamenlijke inspanning moet leiden tot tastbare resultaten. Zorgcoördinatie moet de effectiviteit aantonen. Ook daarvoor geldt: “meten is weten”.

 

Lerende organisatie: hoe blijf je verbeteren? 

Zorgcoördinatie is geen statisch eindproduct, maar een dynamisch proces dat vraagt om continue reflectie en verbetering. Het inrichten van een lerende organisatie is daarom van groot belang. Dit vraagt om heldere afspraken over monitoring, evaluatie en bijstelling, bijvoorbeeld via een PDCA-cyclus. Belangrijk bij het leren is dat het handelingsperspectief van zorgverleners in de acute zorg wordt versterkt in het belang van de inwoner. Door het systematisch analyseren en integraal bespreken van casuïstiek en het benutten van data, ontstaat inzicht in de effectiviteit van zorgcoördinatie. Een open leerklimaat stimuleert betrokkenheid van professionals en draagt bij aan de ontwikkeling van een duurzame, adaptieve zorgstructuur.  

iris-defintief-banner

"Q-Consult Zorg heeft onze ROAZ-regio snel, goed en grondig geadviseerd over de gezamenlijkheid van aanpak en governance. Zo komen we tot een zorgcoördinatie centrum voor 1,5 miljoen inwoners.”

Jack Versluis, Bestuurder RAVU

Meer weten over dit onderwerp? Bel ons!

Erik den Teuling

Principal Adviseur | Partner


  1. erik.den.teuling@qconsultzorg.nl
  2. 06-51 59 95 95
q-zorg-erik-def
q-zorg-lisanne-def