In ons land dringt het steeds meer tot ons door dat we het anders moeten gaan doen binnen de gezondheidszorg. In het huidige systeem missen we de (duurzame) beloning en bekostiging om mensen gezond te maken en te houden. Gezondheid moet gaan lonen in plaats van het behandelen van ziekten.
Gelukkig zien wij in Nederland veel initiatieven die het tij willen keren. In onze blogreeks ‘In beweging naar gezondheid’ interviewen wij een aantal van deze initiatiefnemers die het anders doen en zo bijdragen aan de beweging naar gezondheid.
In de eerste blog staat het Beweeghuis centraal. Vanuit Q-Consult Zorg hebben wij meerdere jaren ondersteuning kunnen bieden om deze beweging op gang te helpen en te houden. Wij spraken met Lodewijk van Rhijn, hoogleraar en afdelingshoofd Orthopedie in UMC Utrecht en ontwikkelaar en strategisch adviseur van het Beweeghuis; een initiatief van het Maastricht UMC+.
Het Beweeghuis is een regionaal zorgnetwerk voor mensen met beweegklachten in Maastricht-Heuvelland. In het netwerk werken huisartsen, fysiotherapeuten, beweegcoaches en medische specialisten met elkaar samen om te zorgen dat de patiënt passende zorg ontvangt. Waarom zijn jullie het Beweeghuis gestart?
In beweging blijven is belangrijk om fysiek én mentaal gezond te blijven. Alleen zien we helaas ook dat mensen steeds meer beweegklachten hebben, zoals artrose of nek-en rugklachten. Wanneer we deze klachten niet behandelen, kan dat leiden tot bewegingsarmoede of zelfs arbeidsongeschiktheid. Dit heeft impact op iemands leven.
Verder zien we ook dat klachten aan het bewegingsapparaat leiden tot een toename van andere chronische aandoeningen, zoals hart- en vaatziekten, diabetes en depressie. We weten allemaal dat dit weer gevolgen heeft voor de toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg. Wanneer we deze persoonlijke en maatschappelijke schade willen voorkomen, moeten we de (beweeg)zorg anders gaan organiseren.
Eén van de uitgangspunten van het Beweeghuis is dat we inzetten op een conservatief behandelbeleid, waarbij we medische kennis en expertise buiten het ziekenhuis naar de voorkant brengen.
Conservatief behandelbeleid als uitgangspunt. Wat betekent dat dan?
We weten dat veel van de beweegklachten niet op te lossen zijn met een operatie. Met een conservatief behandelbeleid focussen we op de persoonlijke situatie en de gezondheid van de patiënt en kijken we naar alternatieve behandelwijzen. Veel van de beweegzorg kan veel beter worden georganiseerd buiten het ziekenhuis. In het Beweeghuis zetten we onze medische specialistische kennis in, in zowel de 1,5e lijn als de 1e en 0e lijn. Dit doen we in samenwerking met alle partners in het Beweeghuis netwerk.
Hoe zie jij daar jouw rol als orthopedisch specialist in?
Ik vind dat ik daarin de maatschappelijke opgave heb om de beweegzorg anders in te richten. Ik ben meer en meer gaan kijken naar participatie en minder naar ziekte.
Het Beweeghuis focust zich op de persoonlijke context en gezondheid. Dat lijkt helemaal te passen bij de richting waar we met zijn allen naar toe moeten bewegen. Maar hoe werkt het dan precies voor iemand met beweegklachten?
Een patiënt komt allereerst met zijn klachten terecht bij de huisarts. De huisarts kan de patiënt doorverwijzen naar de Beweeghuis Stadspoli voor een eerste consult. Dit is een thematisch ingericht spreekuur waar de medisch specialist op verzoek van de huisarts ‘meekijkt’. Cruciaal hierin is dat de patiënt niet in het ziekenhuis wordt gezien maar op de Stadspoli in een 1,5 lijn setting. In dit consult spreekt de medisch specialist de verschillende behandelopties met de patiënt. In zo’n consult wordt verder gekeken dan alleen opereren of niet. Er is ook aandacht voor de persoonlijke situatie van de patiënt. Samen wordt een behandelplan opgesteld. Een vervolgtraject kan dan een verwijzing naar een gespecialiseerde fysiotherapeut zijn of naar de beweegcoaches van Maastricht Sport. Wanneer een niet-operatieve behandeling onvoldoende resultaat oplevert, komt een operatie optie in beeld.
Wie zijn er aangesloten bij het Beweeghuis?
Alle huisartsen uit de regio Maastricht-Heuvelland zijn aangesloten bij het Beweeghuis. Een groot deel van de fysiotherapeuten heeft zich georganiseerd in een (vak)specialistisch netwerk (Fy’net). Daarnaast hebben we de beweegcoaches van Maastricht Sport (sociaal domein) aangesloten. Deze laatste groep is belangrijk in de preventie van beweegklachten. Verder zijn alle medische specialisten van het Maastricht Universitair Medisch Centrum+ betrokken bij het Beweeghuis.
Als ik het goed begrijp, hebben jullie de samenwerking grotendeels buiten het ziekenhuis georganiseerd. Er is sprake van een verschuiving van de 2e lijn naar de 1,5e en 1e lijn, en zelfs naar de 0e lijn (sociaal domein).
Dat klopt. We werken samen vanuit een context-based medicine principe en hebben de netwerkgeneeskunde als uitgangspunt. De behoefte van de patiënt staat hierin centraal, waarbij de verschillende zorgprofessionals in het netwerk worden ingezet als dat nodig is. Dit betekent dat de medische specialistische kennis eerder in de keten wordt ingezet. Op de Stadspoli kan de medisch specialist samen met de patiënt de route bepalen aan de hand van een consult.
We zetten een knip tussen operatie en niet-operatieve behandeling. Dit betekent dat we niet altijd voor een klinische oplossing gaan. Dit vraagt anders denken en anders organiseren van de beweegzorg. Het vraagt een investering op de consult en regie functie. Je moet de gehele beweegzorgketen gaan zien als een continuüm. De grenzen tussen de lijnen verdwijnen.
De resultaten van het Beweeghuis in Maastricht liegen er niet om. Ongeveer 80% van de patiënten met gewrichtsklachten blijft in de 1e lijn na een consult op de Beweeghuis Stadspoli. Verder is onderzocht dat het aantal consulten in het MUMC+ afneemt. Wat zijn volgens jou de voorwaarden die ervoor hebben gezorgd dat het werkt wat jullie doen?
Dat zijn meerdere dingen. Een belangrijke voorwaarde is dat alle neuzen dezelfde kant op staan. Alle betrokken partijen in Maastricht zagen de meerwaarde van dit idee. Naast dat alle partijen dezelfde visie hebben, is het belangrijk dat je de organisatiekracht hebt om dit samen te organiseren én te bekostigen. In Maastricht heeft de duale en transmurale programmamanagement structuur ons hierbij geholpen. Evenals het feit dat alle partners ten minste één projectleider beschikbaar hebben gesteld. Overigens zijn niet alle onderdelen in het Beweeghuis via de reguliere weg bekostigd. Zeker wanneer het gaat om verwijzing naar conservatieve behandeling. Daar is geen DOT voor.
Verder is het principe van het Beweeghuis om de medische specialistische kennis buiten het ziekenhuis te brengen: naar de 1e en 1,5e lijn. Daarvoor is een belangrijke voorwaarde dat de 1e lijn op zichzelf al goed georganiseerd is. In Maastricht zijn de huisartsen georganiseerd in een zorggroep en samen met fysiotherapeuten zijn gespecialiseerde fysiotherapeutische netwerken opgezet (Fy’net). Daarnaast hebben we ook het sociaal domein betrokken. Zo zetten we in op preventie met de beweegcoaches van Maastricht Sport. Dit is erg belangrijk in het voorkomen van toekomstige klachten.
Jullie worden als één van de vier landelijke voorbeeldprojecten van passende zorg genoemd in het Integraal Zorg Akkoord. Een mooi compliment, maar wat moet er volgens jou veranderen in het huidige zorgstelsel om trajecten zoals het Beweeghuis succesvol te maken?
Het ‘niet’ doen, wordt niet beloond. Hiermee bedoel ik dat het aanbieden van alternatieve behandelwijzen niet wordt gefinancierd in het huidige systeem. Hoe minder operaties je uitvoert, hoe minder je krijgt. Deze prikkel werkt niet mee. Daarnaast zie je dat in ons initiatief mensen met een lage economische status soms afhaken, omdat de fysiotherapeut alleen wordt vergoed vanuit de aanvullende verzekering. Met alle gevolgen van dien.
Een Beweeghuis in alle regio’s. Is dat mogelijk?
We zien dat het concept Beweeghuis opschaalbaar is, in geheel en in delen. Je hebt alleen wel te maken met de context van een regio of stad. Ik zie nu in Utrecht dat je te maken hebt met een hele andere context dan in Maastricht. Zo is de huisartsenzorg anders georganiseerd en daarnaast heb je te maken met meerdere ziekenhuizen. Dat was in Maastricht weer een ander verhaal. Dit betekent dat je het concept op een andere manier moet toepassen, maar ik zie wel mogelijkheden om het concept in meerdere regio’s toepasbaar te maken.
Wat is daarvoor nodig?
Allereerst het gesprek aangaan met de regio’s die dat willen. Vanuit de basisprincipes die wij hebben gedefinieerd als kernwaarden van deze beweging, zoals het samen vanuit de gehele keten inzetten op conservatief behandelbeleid om opschaling van zorg te voorkomen. Zo is in iedere situatie een oplossing te vinden, als iedereen maar dezelfde beweging wil ondersteunen.
Mooi gezegd, en daarmee wil ik ook graag afsluiten. De beweging naar gezondheid gaat lukken, zolang iedereen maar dezelfde beweging wil ondersteunen en zich samen vanuit de gehele keten wil inzetten. Om zo - door bijvoorbeeld het inrichten van conservatief behandelbeleid - de opschaling van zorg te voorkomen.
Weten hoe Q-Consult Zorg bij jouw zorg- of organisatievraagstuk kan helpen?
Neem dan direct contact met ons op. Onze betrokken collega's gaan graag met je in gesprek. Houd voor meer informatie over IZA deze pagina in de gaten!